In deze paragraaf beschrijven we welke bezuinigingen, taakstellingen en ombuigingen nog van toepassing zijn op de gemeentelijke begroting.
De volgende definities zijn van toepassing op deze paragraaf:
Een bezuiniging wordt rechtstreeks op de baten en lasten van de begroting verwerkt. Bij de kadernota wordt vaak aangekondigd op welke posten wordt bezuinigd, in de begroting die de raad vervolgens vaststelt zijn deze bezuinigingen verwerkt.
Een taakstelling is een opgave die de organisatie voor de langere termijn wordt opgelegd. Hieronder valt bijvoorbeeld het voornemen om het personeelsbestand terug te brengen met een opgelegd bedrag of percentage. Om dit te kunnen realiseren moet er nog een plan worden opgesteld en moet er nog rekening gehouden worden met frictiekosten en dergelijke. Pas op langere termijn ontstaan de positieve financiële effecten.
Ombuigingen hebben een beleidsinhoudelijk overweging en hebben daardoor een politieke lading. Een voorbeeld hiervan is de afweging of de gelden van het sociaal domein voor andere zaken dan het sociaal domein zouden kunnen worden ingezet.
Voor het beoordelen van de realiteitswaarde is het volgende van belang:
• Een op het programma verwerkte bezuiniging is reëel. Het budget is verlaagd en er is een verantwoordelijk budgethouder.
• Bij een taakstelling is de onderliggende toelichting van belang, het realiteitsgehalte kan pas later worden beoordeeld;
• Een ombuiging vergt een beleidsinhoudelijke afweging, de besluitvorming in de raad is hiervoor
van belang.
Alle eerder opgenomen bezuinigingen, taakstellingen en ombuigingen in de begrotingen zijn verwerkt in de (meerjaren)begroting en zijn of worden gerealiseerd.
Deze begroting kent geen bezuinigingen, taakstellingen of ombuigingen, maar bevat wel besparende maatregelen binnen sociaal Domein. Daarnaast is in het kader van de Hervormingsagenda jeugdzorg vanaf 2024 een aanvullende besparing verwerkt waar het rijk voor aan de lat zal staan.
Kostenbesparende maatregelen Sociaal Domein
Om de stijgende jeugdkosten tegen te gaan zijn twee kostenbesparende maatregelen genomen. De verwachting is dat deze zullen leiden tot structureel lagere jeugdkosten, waarbij voorlopig alleen rekening is gehouden met het terugverdienen van de extra investering van € 332.000. Om de kostenstijging bij de Wmo te beperken heeft de raad besloten om een pakket maatregelen te treffen. Het saldo van uitgaven en inkomsten behorende bij dit voorstel zijn vooralsnog voorzichtig ingeschat op € 150.000 positief. De kostenbesparende maatregelen zijn niet nieuw in deze begroting, maar stammen uit de begroting 2022.
Hervormingsagenda Jeugd
Het rijk en de VNG werken aan de Hervormingsagenda jeugdzorg. Deze wordt naar verwachting in het najaar van 2022 afgerond. Naast de besparingsopgave die volgt uit de uitspraak van de Commissie van Wijzen heeft het kabinet besloten tot het realiseren van de aanvullende besparing van structureel € 511 miljoen. De Rijksoverheid heeft de verantwoordelijkheid om deze de besparing in te vullen met (wettelijke) maatregelen. Het gaat daarbij om maatregelen waardoor gemeenten minder middelen nodig hebben of waarbij alternatieve inkomsten gegenereerd worden (bijvoorbeeld door middel van de invoering van een eigen bijdrage). Ook draagt het rijk het budgettaire risico ingeval (een deel van) deze maatregelen geen of niet tijdig doorgang vinden.
Richtlijn is dat gemeenten in hun begroting rekening mogen houden met een besparing van € 100 miljoen in 2024, € 500 miljoen in 2025, € 500 miljoen in 2026 en vanaf 2027 € 511 miljoen structureel als gevolg van maatregelen die het Rijk zal uitwerken. Voor Voorschoten betreft dit voor 2024 een bedrag van € 80.000 dat oploopt naar € 400.000 in 2025 en 2026.